Wat Paulus zegt in Rom. 8:28 is een diepe waarheid voor ons: "Alle dingen werken mee ten goede voor hen die God liefhebben."
De illustratie daarvan is Genesis 39, de wijze waarop de Heere "met" Jozef is, ondanks zijn slavenbestaan bij Potifar en ondanks de gevangenis waar hij later in belandt.
God werkt echter op twee manieren. Soms redt Hij ons uit benarde omstandigheden. Soms echter laat Hij ons in de omstandigheden waarin wij zitten maar "werkt ten goede" - zoals bij Jozef die later (Gen. 50:20) kon zeggen: "jullie hebben het ten kwade bedacht, maar God heeft het ten goede bedacht."
Wat is dan dit goede? Zeker niet ons eigen geluk zonder meer, maar wel de voorbereiding op de hemelse heerlijkheid, op het geschikt maken voor het werk dat de Heere met ons voorheeft, en ons te brengen in de goede positie, met de goede instelling om op het goede moment precies dat te kunnen doen wat Hij ons heeft toebedeeld.